Van Kuala Lumpur naar Noord Thailand
14 oktober 2013 - Pai, Thailand
In Kuala Lumpur wilden we de dag na onze aankomst bij de garage vertrekken. Helaas had een van de medewerkers een heftruck voor Wobbel neergezet zodat we er niet uit konden. Aangezien het zondag was kwam er niemand met de sleutel van de heftruck. Het regende de hele dag pijpenstelen dus zo erg was het ook niet om een dagje binnen te klungelen en alle uit Nederland meegenomen spullen een plekje te geven. De dag erna gingen we richting centrum en vonden op een afstand van vijf minuten lopen van de Twintower een bewaakte parkeerplaats. Op een bord stond aangegeven dat het maximale tarief 7 ringget was (omgerekend nog geen 2 euro). En voor dat geld hadden we zelfs een piepklein grastuintje voor onze deur.. We dachten eigenlijk dat het bedrag het maximale dagtarief was maar toen we drie dagen later gingen afrekenen was dit alles wat we hoefden te betalen.
Onze tijd in Kuala Lumpur besteden we nuttig. Bij de Thaise Ambassade gingen we een visa aanvragen. Terwijl we wachtten kwamen we een Nederlandse dame tegen die in Thailand woont en ons spontaan uitnodigde om op bezoek te komen als we in de buurt zijn.
In Kuala Lumpur hebben veel nationaliteiten een eigen wijk. Zo is er ook een Myanmar wijk waar we naartoe gingen om voor Verena en Wolfi de lokale sigaretten te kopen. Het lijken eigenlijk meer sigaren, tabak opgerold in bananenbladen. Een pak van 50 sigaren kost 1 euro en daar wilden ze graag 25 pakken van hebben. Niet zo heel raar dat de verkoper dacht dat we de sigaren gingen doorverkopen toen we met 1250 sigaren voor de kassa stonden...
We besloten om niet rechtstreeks naar het noorden te rijden maar een omweg via de oostkust te maken. Nog even lekker naar het strand en gelijkertijd de Maleisische Mahd en Australische Ben opzoeken. Ben is in Nederland geboren en genoot volop van de stroopwafels, muntdrop en de kaas...Madh vond de drop duidelijk helemaal niet lekker, maar dit lijkt bij de meesten ‘niet Nederlanders’ het geval te zijn.
Na een paar rustige dagen bijkletsen gingen we richting Noord Maleisie waar we met Verena en Wolfi afgesproken hadden. Ondertussen al de tiende keer dat we elkaar ontmoeten maar voorlopig zeker de laatste keer omdat hun in Zuid Thailand blijven en wij veel noordelijker gaan. Een week wisselden we verhalen en lekkernijen uit. Ondertussen zijn deze terugkerende buren zo vertrouwd geraakt dat het voor langere tijd afscheid nemen wat onwerkelijk voelde.
Nadat we flink wat huishoudelijke dingen ingeslagen hadden waarvan we wisten dat die in Maleisie goedkoper waren, reden we richting de grens.
Het is een grote drukke grensovergang waar het er nogal chaotisch aan toe ging. Het kostte behoorlijk wat tijd om customs te vinden voor het afstempelen van het carnet. Iedereen stuurde ons weer ergens anders heen totdat we uiteindelijk helemaal achteraf de juiste medewerker vonden.
We waren 3 maanden in Islamitsich Maleisië geweest waar de meesten lokale vrouwen bedekt zijn met lange gewaden en hoofddoeken. Dit plaatsje net op de grens van Thailand naar Maleisie bestaat hoofdzakelijk uit sexshops, nachtclubs en lingerie winkels. Ineens een heel andere wereld. Zij was wel erg blij dat ze weer hempjes en korte broeken aan kon doen in deze hitte...
Een jong stel stond langs de kant te liften en we stopten om te vragen waar ze heen wilden. Al snel bleek dat deze rugzaktoeristen de andere kant op wilden. Toen we dat aangaven veranderden de twee prompt hun plan en stapten toch in. Het was een Australische jongen met zijn Amerikaanse vriendin van begin twintig. Het stel reisde al bijna een jaar liftend de wereld rond. Een erg goedkope manier van reizen natuurlijk maar toen ze vertelden dat ze meestal op straat sliepen of in een bankautomaat hokje, trok deze manier van reizen ons toch absoluut niet aan...
Die nacht sliepen Jack en Curly in een tentje en we vulden de avond met spelletjes en discussies over de wereld. Op zich een gezellig stel wat zich wel erg snel thuis voelde in onze Wobbel. Onze drank en sigaretten voorraad slonk die avond aanzienlijk.
We stonden vlak bij een greffelpit, een plekje wat we uitgezocht hadden omdat het een eindje van de doorgaande weg stond en we dus geen last hadden van de herrie van alle auto’s. S’ochtends om 6 uur werden we echter ons bed uitgeklopt. Een aantal Thaise mannen leken een beetje in paniek omdat ze een deel van de berg op wilden gaan blazen. Snel wreven we de slaap uit onze ogen en verplaatsten Wobbel om uit de gevarenzone te komen.
Een paar uur later zetten we de lifters af bij een afslag naar het strand en reden wij verder richting het noorden. We maakten een aantal lange rijdagen omdat we de tijd van ons Thaise visum vooral in het Noorden willen doorbrengen. Onderweg stopten we wel bij een klein millitair parkje waar een bijzondere apensoort zit. Bij een zwaar bewaakte poort moesten we ons registreren en werd er benadrukt dat we niet op het terrein mochten overnachten. Het bleek een heel toeristisch gebeuren te zijn met allemaal souvenir winkeltjes en strandstoelen. De plek waar de apen zaten was een stukje lopen. Halverwege stond er een bewaker en moesten we onszelf weer registreren. Er werd ons verteld dat we moesten wachten. Even later werd duidelijk waarop. De weg liep net langs het vliegveld en er kwamen een aantal laag vliegende hele stoere met haaientanden beschilderde vliegtuigjes langs.
De apen waren het bezoekje meer dan waard! Een dame verkocht nootjes en ook wij kochten een zakje. De schattige Dusky leaf monkeys kwamen direct op ons afgevlogen. Heel voorzichtig maar snel pakte ze de nootjes uit onze handen. Wanneer ze er niet goed bij konden sprongen ze wat minder voorichtig in onze nek. Één van de apen had na een poosje door dat de nootjes bij haar uit de rokzak kwamen en zijn handje probeerde daar voorzichtig in te graaien...
De apen zien er bijzonder lief uit met gezichtjes die eruit zien alsof ze beschilderd zijn. De hele kleintjes hebben een afwijkende kleur van de ouderen. Heel vreemd eigenlijk want ze zijn geel en vallen daardoor veel meer op dan hun bruine/zwarte soortgenoten.
Toen de nootjes op waren verdwenen de apen al snel weer in de bomen en gingen wij ook weer op pad.
We gingen naar de supermarkt waar we op een gegeven moment op het dak de regen hoorden kletteren. Het kwam er met bakken uitzetten en in het stukje lopen naar Wobbel toe waren we al drijfnat. Niet echt de ideale omstandigheden om te gaan rijden dus we bleven maar op de parkeerplaats wachten tot het over was. Om de tijd te doden deden we een spelletje en zo werd het later en later maar de regen bleef aanhouden. Uiteindelijk bleven we maar op de grote parkeerplaats overnachten.
De volgende dag stond de zon weer hoog aan de hemel. Over de drukke snelweg legden we aardig wat kilometers af en voordat we het in de gaten hadden was het strandgedeelte al ver achter ons. Regelmatig werden we begroet door toeterende en zwaaiende vrachtwagenschauffeurs die duidelijk niet gewend zijn aan Europese auto’s op de weg.
We namen de iets langere pittoreske route naar boven en kwamen veel mooie plekjes tegen. Onderweg weer even boodschappen doen en terwijl we die aan het opruimen waren stond er ineens een razend enthousiaste helemaal onder de verf zittende Deen voor onze deur. Rennie vroeg ons vanalles over onze reis en kon maar niet geloven dat we over land waren gekomen. De Deen woont in Thailand en was bezig met het opknappen van een pizzaria. Weer kregen we een uitnodiging en we beloofden op de terugweg vanuit het noorden even langs te komen.
Daarna reden we al snel in de bergen en Wobbel moest weer hard werken want soms zijn de wegen behoorlijk steil. Onderweg kwamen we langs vele watervallen en grotten waarvan we een aantal gingen bekijken. Het is heerlijk om weer in de bergen te zijn waar de lucht zuiverder aanvoelt en de nachten wat koeler zijn. Bij een van de aangegeven grotten stond er nog wel een receptiehuisje maar er was niemand meer aanwezig. We klommen toch de berg op en gingen de kleine grotten in. Op de terugweg liep zij op het bospad en schrok zich helemaal lam toen er nog geen meter voor haar een slang van twee meter over het pad heen kroop. Hij schrok weer zo van haar gilletje dat hij haar aan haar t-shirt naar achter trok, wat daarna direct de prullebak in kon... De slang was duidelijk nog banger voor ons want binnen een paar seconden was het dier verdwenen in de struiken.
Even later weer op weg, schoot er een slang vlak voor Wobbel de weg over die we ook even goed konden bekijken.
Bij een volgende grot was er wel een receptie en was het verplicht om een gids met lamp mee te nemen. Dat was voor hem aanleiding om niet mee te gaan, van donkere grotten krijgt hij het tegenwoordig benauwd. Zij ging met een vrouwelijke gids mee. De dame sprak helaas nauwelijks Engels. Alleen wat ingestudeerde zinnen bij de rotsformaties. “Looks like elphant, looks like popcorn” Maar wanneer zij wat meer achtergond informatie probeerde te vragen keek de gids haar alleen met een niet begrijpende lieve glimlach aan. Een deel van de tocht ging per kano en ook zij kreeg wel een beetje de kriebels van de pikdonkere omgeving. Gelukkig had ze er wel aan gedacht om zelf ook een zaklamp mee te nemen want de straling van de andere lamp was wel heel beperkt.
Bij de uitgang zat een hele grote school vissen in het water. Zij stond dit te bewonderen toen er ineens vlak voor haar een slang van de rots af het water in kroop. Het was een echte slangendag....
Na nog een dagje door de bergen rijden kwamen we aan in Pai. Het plaatsje waar we kort nardat we de grens van Myanmar over waren gekomen ook zijn geweest. En dit vinden we één van de leukste plekjes in Thailand. Een klein dorp wat wel behoorlijk toeristsich is maar er hangt een hele leuke sfeer. En er is op loopafstand van het centrum een erg mooie kampeerplek aan de rivier.
De eerste avond gingen we naar een mini kroegje waar we de vorige keer ook een paar avondjes doorgebracht hadden. Key, de eigenaar begroette ons uitbundig en we voelden ons direct weer thuis. Een paar uur later kwamen er twee jonge Nederlandse meiden binnen die in Pai wonen. De meiden hadden over ons gehoord en waren erg geinterreseerd in onze reis. En wij waren ook geboeid door het verhaal van Meta en Esra die hier allerlei baantjes doen om in hun onderhoud te voorzien. Meta bleek uit Beuningen te komen. Grappig om weer iemand tegen te komen die in Nederland uit dezelfde omgeving komt als zij.
De meiden wilden ons graag laten zien waar ze wonen en Key wilde voor ons koken. De volgende middag haalden de meiden ons op hun scooters op en reden we een stukje het dorp uit. Eenmaal daar konden we ons goed voorstellen dat ze het hier al jaren uithouden. De tuin en het knusse houten huisje is werkelijk een paradijsje!
Key had lekker Thais eten gemaakt wat bestond uit heel veel verschillende gerechten. Na nog een poosje ontspannen bij een kampvuurtje te hebben gezeten werden we weer teruggebracht naar het dorp. In het donker achterop een scooter zitten vonden we beiden wel wat spannend, met name omdat we zelf nooit meer in het donker rijden.
De combinatie van rust en gezellig uit kunnen gaan bevalt ons nu even erg goed en we zullen hier dan ook even blijven hangen........
Onze tijd in Kuala Lumpur besteden we nuttig. Bij de Thaise Ambassade gingen we een visa aanvragen. Terwijl we wachtten kwamen we een Nederlandse dame tegen die in Thailand woont en ons spontaan uitnodigde om op bezoek te komen als we in de buurt zijn.
In Kuala Lumpur hebben veel nationaliteiten een eigen wijk. Zo is er ook een Myanmar wijk waar we naartoe gingen om voor Verena en Wolfi de lokale sigaretten te kopen. Het lijken eigenlijk meer sigaren, tabak opgerold in bananenbladen. Een pak van 50 sigaren kost 1 euro en daar wilden ze graag 25 pakken van hebben. Niet zo heel raar dat de verkoper dacht dat we de sigaren gingen doorverkopen toen we met 1250 sigaren voor de kassa stonden...
We besloten om niet rechtstreeks naar het noorden te rijden maar een omweg via de oostkust te maken. Nog even lekker naar het strand en gelijkertijd de Maleisische Mahd en Australische Ben opzoeken. Ben is in Nederland geboren en genoot volop van de stroopwafels, muntdrop en de kaas...Madh vond de drop duidelijk helemaal niet lekker, maar dit lijkt bij de meesten ‘niet Nederlanders’ het geval te zijn.
Na een paar rustige dagen bijkletsen gingen we richting Noord Maleisie waar we met Verena en Wolfi afgesproken hadden. Ondertussen al de tiende keer dat we elkaar ontmoeten maar voorlopig zeker de laatste keer omdat hun in Zuid Thailand blijven en wij veel noordelijker gaan. Een week wisselden we verhalen en lekkernijen uit. Ondertussen zijn deze terugkerende buren zo vertrouwd geraakt dat het voor langere tijd afscheid nemen wat onwerkelijk voelde.
Nadat we flink wat huishoudelijke dingen ingeslagen hadden waarvan we wisten dat die in Maleisie goedkoper waren, reden we richting de grens.
Het is een grote drukke grensovergang waar het er nogal chaotisch aan toe ging. Het kostte behoorlijk wat tijd om customs te vinden voor het afstempelen van het carnet. Iedereen stuurde ons weer ergens anders heen totdat we uiteindelijk helemaal achteraf de juiste medewerker vonden.
We waren 3 maanden in Islamitsich Maleisië geweest waar de meesten lokale vrouwen bedekt zijn met lange gewaden en hoofddoeken. Dit plaatsje net op de grens van Thailand naar Maleisie bestaat hoofdzakelijk uit sexshops, nachtclubs en lingerie winkels. Ineens een heel andere wereld. Zij was wel erg blij dat ze weer hempjes en korte broeken aan kon doen in deze hitte...
Een jong stel stond langs de kant te liften en we stopten om te vragen waar ze heen wilden. Al snel bleek dat deze rugzaktoeristen de andere kant op wilden. Toen we dat aangaven veranderden de twee prompt hun plan en stapten toch in. Het was een Australische jongen met zijn Amerikaanse vriendin van begin twintig. Het stel reisde al bijna een jaar liftend de wereld rond. Een erg goedkope manier van reizen natuurlijk maar toen ze vertelden dat ze meestal op straat sliepen of in een bankautomaat hokje, trok deze manier van reizen ons toch absoluut niet aan...
Die nacht sliepen Jack en Curly in een tentje en we vulden de avond met spelletjes en discussies over de wereld. Op zich een gezellig stel wat zich wel erg snel thuis voelde in onze Wobbel. Onze drank en sigaretten voorraad slonk die avond aanzienlijk.
We stonden vlak bij een greffelpit, een plekje wat we uitgezocht hadden omdat het een eindje van de doorgaande weg stond en we dus geen last hadden van de herrie van alle auto’s. S’ochtends om 6 uur werden we echter ons bed uitgeklopt. Een aantal Thaise mannen leken een beetje in paniek omdat ze een deel van de berg op wilden gaan blazen. Snel wreven we de slaap uit onze ogen en verplaatsten Wobbel om uit de gevarenzone te komen.
Een paar uur later zetten we de lifters af bij een afslag naar het strand en reden wij verder richting het noorden. We maakten een aantal lange rijdagen omdat we de tijd van ons Thaise visum vooral in het Noorden willen doorbrengen. Onderweg stopten we wel bij een klein millitair parkje waar een bijzondere apensoort zit. Bij een zwaar bewaakte poort moesten we ons registreren en werd er benadrukt dat we niet op het terrein mochten overnachten. Het bleek een heel toeristisch gebeuren te zijn met allemaal souvenir winkeltjes en strandstoelen. De plek waar de apen zaten was een stukje lopen. Halverwege stond er een bewaker en moesten we onszelf weer registreren. Er werd ons verteld dat we moesten wachten. Even later werd duidelijk waarop. De weg liep net langs het vliegveld en er kwamen een aantal laag vliegende hele stoere met haaientanden beschilderde vliegtuigjes langs.
De apen waren het bezoekje meer dan waard! Een dame verkocht nootjes en ook wij kochten een zakje. De schattige Dusky leaf monkeys kwamen direct op ons afgevlogen. Heel voorzichtig maar snel pakte ze de nootjes uit onze handen. Wanneer ze er niet goed bij konden sprongen ze wat minder voorichtig in onze nek. Één van de apen had na een poosje door dat de nootjes bij haar uit de rokzak kwamen en zijn handje probeerde daar voorzichtig in te graaien...
De apen zien er bijzonder lief uit met gezichtjes die eruit zien alsof ze beschilderd zijn. De hele kleintjes hebben een afwijkende kleur van de ouderen. Heel vreemd eigenlijk want ze zijn geel en vallen daardoor veel meer op dan hun bruine/zwarte soortgenoten.
Toen de nootjes op waren verdwenen de apen al snel weer in de bomen en gingen wij ook weer op pad.
We gingen naar de supermarkt waar we op een gegeven moment op het dak de regen hoorden kletteren. Het kwam er met bakken uitzetten en in het stukje lopen naar Wobbel toe waren we al drijfnat. Niet echt de ideale omstandigheden om te gaan rijden dus we bleven maar op de parkeerplaats wachten tot het over was. Om de tijd te doden deden we een spelletje en zo werd het later en later maar de regen bleef aanhouden. Uiteindelijk bleven we maar op de grote parkeerplaats overnachten.
De volgende dag stond de zon weer hoog aan de hemel. Over de drukke snelweg legden we aardig wat kilometers af en voordat we het in de gaten hadden was het strandgedeelte al ver achter ons. Regelmatig werden we begroet door toeterende en zwaaiende vrachtwagenschauffeurs die duidelijk niet gewend zijn aan Europese auto’s op de weg.
We namen de iets langere pittoreske route naar boven en kwamen veel mooie plekjes tegen. Onderweg weer even boodschappen doen en terwijl we die aan het opruimen waren stond er ineens een razend enthousiaste helemaal onder de verf zittende Deen voor onze deur. Rennie vroeg ons vanalles over onze reis en kon maar niet geloven dat we over land waren gekomen. De Deen woont in Thailand en was bezig met het opknappen van een pizzaria. Weer kregen we een uitnodiging en we beloofden op de terugweg vanuit het noorden even langs te komen.
Daarna reden we al snel in de bergen en Wobbel moest weer hard werken want soms zijn de wegen behoorlijk steil. Onderweg kwamen we langs vele watervallen en grotten waarvan we een aantal gingen bekijken. Het is heerlijk om weer in de bergen te zijn waar de lucht zuiverder aanvoelt en de nachten wat koeler zijn. Bij een van de aangegeven grotten stond er nog wel een receptiehuisje maar er was niemand meer aanwezig. We klommen toch de berg op en gingen de kleine grotten in. Op de terugweg liep zij op het bospad en schrok zich helemaal lam toen er nog geen meter voor haar een slang van twee meter over het pad heen kroop. Hij schrok weer zo van haar gilletje dat hij haar aan haar t-shirt naar achter trok, wat daarna direct de prullebak in kon... De slang was duidelijk nog banger voor ons want binnen een paar seconden was het dier verdwenen in de struiken.
Even later weer op weg, schoot er een slang vlak voor Wobbel de weg over die we ook even goed konden bekijken.
Bij een volgende grot was er wel een receptie en was het verplicht om een gids met lamp mee te nemen. Dat was voor hem aanleiding om niet mee te gaan, van donkere grotten krijgt hij het tegenwoordig benauwd. Zij ging met een vrouwelijke gids mee. De dame sprak helaas nauwelijks Engels. Alleen wat ingestudeerde zinnen bij de rotsformaties. “Looks like elphant, looks like popcorn” Maar wanneer zij wat meer achtergond informatie probeerde te vragen keek de gids haar alleen met een niet begrijpende lieve glimlach aan. Een deel van de tocht ging per kano en ook zij kreeg wel een beetje de kriebels van de pikdonkere omgeving. Gelukkig had ze er wel aan gedacht om zelf ook een zaklamp mee te nemen want de straling van de andere lamp was wel heel beperkt.
Bij de uitgang zat een hele grote school vissen in het water. Zij stond dit te bewonderen toen er ineens vlak voor haar een slang van de rots af het water in kroop. Het was een echte slangendag....
Na nog een dagje door de bergen rijden kwamen we aan in Pai. Het plaatsje waar we kort nardat we de grens van Myanmar over waren gekomen ook zijn geweest. En dit vinden we één van de leukste plekjes in Thailand. Een klein dorp wat wel behoorlijk toeristsich is maar er hangt een hele leuke sfeer. En er is op loopafstand van het centrum een erg mooie kampeerplek aan de rivier.
De eerste avond gingen we naar een mini kroegje waar we de vorige keer ook een paar avondjes doorgebracht hadden. Key, de eigenaar begroette ons uitbundig en we voelden ons direct weer thuis. Een paar uur later kwamen er twee jonge Nederlandse meiden binnen die in Pai wonen. De meiden hadden over ons gehoord en waren erg geinterreseerd in onze reis. En wij waren ook geboeid door het verhaal van Meta en Esra die hier allerlei baantjes doen om in hun onderhoud te voorzien. Meta bleek uit Beuningen te komen. Grappig om weer iemand tegen te komen die in Nederland uit dezelfde omgeving komt als zij.
De meiden wilden ons graag laten zien waar ze wonen en Key wilde voor ons koken. De volgende middag haalden de meiden ons op hun scooters op en reden we een stukje het dorp uit. Eenmaal daar konden we ons goed voorstellen dat ze het hier al jaren uithouden. De tuin en het knusse houten huisje is werkelijk een paradijsje!
Key had lekker Thais eten gemaakt wat bestond uit heel veel verschillende gerechten. Na nog een poosje ontspannen bij een kampvuurtje te hebben gezeten werden we weer teruggebracht naar het dorp. In het donker achterop een scooter zitten vonden we beiden wel wat spannend, met name omdat we zelf nooit meer in het donker rijden.
De combinatie van rust en gezellig uit kunnen gaan bevalt ons nu even erg goed en we zullen hier dan ook even blijven hangen........
Van Petra heb weer de site gekregen.
Wat een leuke verhalen,en spannend wat jullie doen.
Geniet nog lekker van al het mooie,en ik ga jullie volgen op de site.
Groetjes,Henny Aalbers