Backpacken door Vietnam

5 mei 2014 - Thakhek, Laos

In Laos reden we naar Phonsavan, de stad waar we de bus naar Laos konden nemen. Bij het busstation werd ons verteld dat de volgende bus pas twee dagen later zou vertrekken. We wilden naar de grens rijden in de hoop daar een bus te kunnen nemen. Terwijl we de stad uitreden zagen we een klein reisbureau waar reclame voor bustickets werd gemaakt. We stopten om te informeren. Een vriendelijke man zei dat we de slaapbus konden nemen en die zou om één uur nachts komen. We kochten een ticket en vroegen of de man een veilige plek voor Wobbel wist. We werden verwezen naar de overkant van de straat waar een braakliggend terrein is. Er stond geen hek omheen maar de man verzekerde ons dat Wobbel er veilig zou staan dus we parkeerden ons huisje daar. Om één uur in de nacht gingen we naar het reisbureau om op de bus te wachten. Er was een lokale jongen die ook op de bus leek te wachten. Het duurde even voordat we doorhadden dat Rakhee er voor ons was. Toen er meer mensen langs de kant van de weg kwamen staan moesten we in de Tuktuk mee naar het begin van de stad om de andere mensen voor te zijn. We hadden dan wel een ticket maar het was niet 100% zeker dat er nog plek in de bus was...Rakhee stak zijn hand op toen de bus kwam, betaalde de chauffeur en we konden op weg. Het was een Vietnamese slaapbus. Aan elke zijde zijn er twee verdiepingen dubbele ligstoelen naast elkaar. De beneden verdieping was vol. Op de bovenste verdieping is zitten onmogelijk maar aangezien het midden in de nacht was wilden we toch slapen. In de bergen slingerde de bus behoorlijk door de bochten waardoor van rustig liggen geen sprake was. Het feit dat de bus regelmatig stopte om luidruchtige passagiers in te laden hielp ook niet echt. Om vijf uur bereikten we de grens die pas om zeven uur open ging. Toen de bus twee uur stilstond lukte het om even een dutje te doen. De zon kwam op en we ontdekte dat we in een prachtige omgeving waren. De kleine grenspost staat in een dal omgeven met hoge beboste bergen waar enorme vlinders rond fladderden. Aan de zijde van Laos waren de formaliteiten snel geregeld waarna we de korte afstand naar de Vietnamese grenspost te voet aflegden. Daar werden alle paspoorten in beslag genomen en begon het wachten. De meeste passagiers waren van Vietnamese en Laotiaanse afkomst, er was een handje vol toeristen. Na ongeveer drie kwartier kreeg iedereen het paspoort terug en dachten we klaar te zijn. Toen we buiten kwamen moesten we echter nog onze bagage uit de bus halen en die moest door de scan. Om onduidelijke reden werden de paspoorten weer opgehaald en verdween de douanier ermee in het kantoor. Wij gingen in de tussentijd op zoek naar koffie. In een klein schuurtje was een restaurant waar zij haar broodnodige cafeïne kon krijgen. De Vietnamese koffie smaakt een beetje naar chocolade en wordt geserveerd in een klein kopje met daarop een filtertje waar de koffie langzaam uit komt druppelen. Bij de koffie wordt standaard ook een kopje thee gegeven. Rond tien uur konden we eindelijk weer verder. Liggend in de bus konden we maar een klein beetje van het indrukwekkend groene landschap zien. Voor de lunch stopten we bij een lokaal restaurant waar we behalve eten ook onze overvolle blazen konden legen. Daarna kwamen we snel in een vlakker en veel drukker gebied met hectisch verkeer. De claxon werd bijna non-stop indrukt door de vele auto’s, bussen en scooters op de weg. In de steden viel ons op dat de huizen erg smal en lang zijn, ongeveer drie bij twaalf meter. De Vietnamese muziek ging op vol volume terwijl de bus over de weg denderde. Regelmatig werd er gestopt om mensen of spullen in en uit te laden maar er was geen tijd om uit te stappen om even de benen te strekken. Bij een tankstation mochten we er eindelijk even uit. Nadat de tank weer vol zat werden we opgejaagd en de lange rij voor het toilet moest afgebroken worden. Na 19 vermoeiende uren kwamen we om tien uur 's avonds in Hanoi aan. Het busstation ligt 15 kilometer uit het centrum en daarvoor moesten we zelf vervoer regelen. Er was een Vietnamees die de toeristen adviseerde om gezamenlijk een busje te huren dat ons midden in het centrum bracht. De jongen leerde ons onderweg een paar woordjes Vietnamees en haalde ons over om in het hotel van de reisorganisatie te overnachten. Het hotel is gecombineerd met een reisbureau zoals bijna alle hotels in Vietnam. De kamer was niet bijzonder maar schoon en er stond een bed wat op dat moment het enige belangrijke was. Na een hete douche te hebben genomen sliepen we als roosjes. Om zes uur in de ochtend werden we gewekt door de herrie op straat. De Vietnamezen zijn vroege vogels en nogal luidruchtig...

Rond lunchtijd zouden we Josh treffen. Voor die tijd gingen we de sfeer van de stad proeven. Die is het best te omschrijven als een gezellig zooitje. De straat oversteken is een uitdaging op zich. Er wordt met klem geadviseerd om langzaam te lopen zodat de scooters en de auto’s de tijd hebben om om de voetganger heen te rijden. Zij moest zichzelf bedwingen om niet naar de overkant te rennen met al die scheurende voertuigen om haar heen. Maar zelfs langs de kant van de weg lopen is niet eenvoudig. De voetpaden staan of vol met geparkeerde scooters of er is een restaurantje uitgestald zodat er geen plek meer is om te lopen. Na een tijdje gingen we op een balkonnetje wat drinken. We keken onze ogen uit bij al het leven op het kruispunt onder ons. Er stonden verkeerslichten maar alleen aan de kleur daarvan konden we zien wie er groen of rood licht had. Dit lijkt echter totaal geen invloed te hebben op het gedrag van het verkeer, iedereen rijd gewoon door. Overal zijn overbeladen scooters, fietsers en wandelende winkeltjes. Hele gezinnen zitten samen op een scooter en meestal draagt alleen de bestuurder een helm. De uren vlogen voorbij totdat het tijd was om Josh en zijn vriendin Sarah op te zoeken. Het was ontzettend leuk om Josh weer te zien en we pakten de draad weer op waar we die vier jaar geleden in Mozambique hadden laten liggen. Sarah kenden we nog niet maar ook daar hadden we direct een klik mee. Josh had gelezen over een barbecue straat waar de lekkerste kip van Hanoi te koop zou zijn. Het was even zoeken maar uiteindelijk vonden we de juiste steeg. Buiten waren er kleine tafels en stoelen uitgestald die niet groter zijn als het meubilair van een kleuterschool. De kip was inderdaad heerlijk. Een Vietnamees wandelde langs met een Karaoke machine en zong uit volle borst door de microfoon. Heel Azië lijkt dol te zijn op Karaoke maar in Vietnam is er werkelijk op iedere straathoek een Karaoke bar.

Voordat we kwamen had het Engelse stel een boottocht voor ons vieren geboekt. Omdat we om zes uur 's ochtend opgehaald zouden worden maakten we het die avond niet te laat. Om bij Halong baai te komen moesten we weer drie uur in de auto. Het is 120 kilometer maar omdat de wegen zo overvol zijn is de gemiddelde snelheid erg laag. Bij de haven stapten we over op een veerboot die ons naar een eiland bracht. Rondom dit eiland is de oceaan vol met hoge kalksteen rotsen waar het water in straten doorheen stroomt. Een werkelijk prachtig natuurverschijnsel dat we nog nooit eerder in deze mate hadden gezien. De privé boot die Josh en Sarah geregeld hadden was ook een grote verrassing. Een ouderwets uitziende houten boot met knusse slaapkamers, een eetkamer en een groot dek met ligstoelen. De boot is van een Vietnamees echtpaar op leeftijd, kapitein Hay en kokkin Nha. Behalve hen was er de 25 jarige Long die onze gids was voor drie dagen. We voelden ons direct helemaal thuis op de mooie boot met de vriendelijke bemanning. De eerste paar uur regende het behoorlijk maar zelfs dat had geen invloed op onze uitgelaten stemming. We voeren over de oceaan omgeven door de rotsen zodat het lijkt alsof je op een meer zit. Onderweg zagen we dorpen op het water waar vooral vissers wonen. In kleine roeibootjes varen er verkoopster rond met drinken en eetwaren. In een inham gingen we voor anker en serveerde Nha een hele uitgebreide lunch met loempia, vis, verschillende groente en rijst. De zon brak door en hij werd nieuwsgierig naar de watertemperatuur. Vanuit de boot dook hij stoer in het heldere water wat als ‘absoluut niet warm’ werd omschreven. Zij en Josh volgenden snel en vonden ijskoud een betere benaming. We waren in ieder geval gelijk helemaal wakker. We voeren verder naar een kajak verhuur bedrijf en gingen door de kleinere ‘straten’. Er waren een aantal doodlopende waterstraten. Om daar te komen moesten we door grotten heen kajakken. Van dichtbij keken we vanuit het water uit op de kalksteen rotsen die dichtbegroeid zijn. Het was alleen erg jammer dat er op deze plek zoveel afval in het water lag. Bij een inham leek het wel alsof we door een vuilnisbelt heen peddelden. Volgens Long wordt dit gebied drie keer in de week schoongemaakt maar produceren de boten zoveel vuil dat naar de doodlopende gedeeltes drijft. Na de Kajak trip gingen we fietsen en wandelen op een klein mooi eiland. Na zo’n sportieve dag kwamen we hongerig terug op de boot waar Nha wederom een heerlijke maaltijd had klaargemaakt. Tussen de rotsen gingen we voor anker voor de nacht en brachten de avond door met kaarten en kletsen. De volgende dag scheen de zon volop en sprongen we allemaal vanuit het drie meter hoge dek het water in wat nu niet meer ijskoud maar lekker verfrissend aanvoelde. We bezochten een van de vele viskwekerijen. Het was vooral bijzonder om te zien hoe makkelijk de honden zich bewogen over de smalle planken tussen de viskooien in. Er zat een Vietnamees met z’n hengel te vissen in een van de net kooien. Gewoon voor de hobby, het zag er nogal absurd uit. In de middag was er weer een kajak trip gepland. Hij bleef liever op de boot relaxen. Zij ging met Long in een kajak naar een piepklein eilandje met een mooi strandje. We mochten er helaas niet zwemmen. Long zei dat dit vanwege het koraal was. Een andere aanwezige gids zei dat het was omdat veel Vietnamezen niet kunnen zwemmen en er op die plek al een aantal verdronken zijn. Terug op de boot trokken we onze zwem spullen weer aan en wisselden het luieren op het dek af met een duik. Na het avond eten kwam Hay ons eigen gemaakte rijstwijn brengen. Het is ontzettend sterk spul wat een brandend gevoel in de keel en een licht gevoel in het hoofd achterlaat. We brachten de nacht door in een inham die we helemaal voor onszelf hadden. Om middernacht sprongen we alle vier het water in wat een bijzondere ervaring werd. Net als we eerder in Maleisië hadden gehad was het koraal deze nacht aan het sporen. Elke beweging van arm of been werd door een lichtkrans achtervolgt.

Veel te snel naar onze zin kwam er een eind aan de boottocht, we hadden het daar nog wel een week kunnen uithouden. Als afsluiter van de trip bezochten we oorlogsziekenhuis in een grot op het eiland. Van binnen zag het ziekenhuis er uit als een gewoon oud verlaten ziekenhuis, alleen de echo maakte duidelijk dat we in een grot waren. Van buiten zie er niets van wat het een ideale schuilplaats maakte tijdens de oorlog.

Met een privébusje gingen we weer in drie uur terug naar Hanoi. Dit keer kwam er in plaats van Vietnamese muziek Europese oude disco uit de boxen. De chauffeur genoot er zichtbaar van dat we met Boney M meezongen. Na een gezellige avond rond de poeltafel zat de vakantie van Josh en Sarah erop en namen we afscheid. Wij namen wederom een slaapbus naar het 370 kilometer verderop gelegen noorden. Via het hotel regelden we dit. Om zeven 's avonds zouden we opgehaald worden bij het hotel. In plaats van een bus kwam er een scooter aan die ons om de beurt naar een ander wachtpunt bracht. Vervolgens werden we met ongeveer 30 toeristen in een klein busje gepropt. We gingen ervan uit dat we naar het busstation werden gebracht. Tot onze verbazing passeerden we even later ons hotel en twee straten verderop moesten we weer uitstappen. Daar moesten we wachten op de grote bus, drie minuten lopen van ons hotel! Rond negen kwam de bus die een stuk minder comfortabel was dan de eerdere slaapbus. Het waren drie rijen enkele ligstoelen waar bij de schouders een verhoging in zat zodat lekker liggen onmogelijk was. De harde muziek bleef tot diep in de nacht aanstaan en werd pas uitgezet toen zij daarom ging vragen. Om de haverklap werd er gestopt om zware spullen in of uit te laden, er gingen zelfs koelkasten op het dak. Om tien uur in de ochtend kwamen we aan in Sapa. Gelijk toen we uitstapten werden we omringd door allemaal kleine vrouwtjes van de H'mong stam in klederdracht. Ze wilden ons meenemen op een trektocht naar hun dorp in de bergen. Aangezien we duizelden van vermoeidheid voelden we er op dat moment weinig voor. Een vrouwtje bleef met een innemende glimlach naast ons lopen toen we op zoek gingen naar een hotel. We stemden ermee in om de volgende dag met haar mee te gaan. Er kwam een jonge knul op een scooter aanrijden die ons bijna smeekte om mee te gaan naar zijn hotel. We gingen een kijkje nemen en waren direct verkocht. Voor 10 dollar hadden we een hele mooie schone kamer met een balkonnetje, een zacht bed en een goede douche. Nadat we een klein dutje hadden gedaan gingen we het stadje verkennen. Sapa is een mooi gezellig bergstadje wat duidelijk vooral op toerisme draait. Overal lopen vrouwen van de H'mong stam die volhardend souvenirs proberen te verkopen. Overdag is het zonnig en dan ineens rond vier uur komt er een enorme mist opzetten die nogal mysterieus aandoet. Het zicht is niet meer dan drie meter. De volgende dag lieten we onze rugzak achter in het hotel en liepen mee met Lilly en Song. We ontdekten dat Lilly niet veel Engels sprak. Veel verder als ‘hoe heet je’ , ‘waar kom je vandaan' en ‘hoe oud ben je’ kwam ze niet. Wij schatte Lilly minstens 60 jaar oud en waren een beetje geschokt toen we hoorden dat ze precies even oud is als wij. Song is 16 jaar en pas getrouwd. De dames woonden in verschillende dorpen maar deden samen de trektocht. Song sprak beter Engels en vertelde over de dorpen waar we doorheen kwamen. Het zijn allemaal kleine dorpen met redelijk grote houten huizen met asbest daken. Ze zien eruit als schuren zonder ramen. De dorpjes liggen in een mooie bergachtige omgeving die vooral bekend is om de terrassen met rijstvelden. Overal zien we mensen handmatig het land bewerken, ook de kinderen werken hard mee. Helaas was onze camera zo vochtig geworden door de vele regen in Hanoi dat deze niet meer werkt en hebben we dus geen foto’s kunnen nemen van deze tocht. Voor het dorp van Lilly nam Song afscheid van ons en gingen we naar het huis van Lilly waar de nacht door zouden brengen. Lilly;s man lag op de betonnen vloer voor het huis zijn roes uit te slapen. Ook Lilly’s huis was groot. Er staat nauwelijks iets in behalve twee houten planken op poten die als bedden functioneren. Aan de muur hangen een paar foto’s van Lilly met toeristen en verder is het kaal, ook op de vloeren ligt niets dan kaal beton. Omdat er geen enkel raam in zit is het binnen erg donker. We worden voor het huis op een houten krukje neergezet en Lilly gaat aan de slag met het eten. Er lopen vijf schattige pups rond het huis. Wanneer we vragen of ze deze eten zegt Lilly van niet, alleen Vietnamezen eten honden. Blijkbaar beschouwd deze stam zichzelf niet als Vietnamees. Jammer genoeg begrijpt Lilly niet veel vragen die we stellen. De echtgenoot wordt wakker en komt met een grote glimlach en een uitgestoken hand op ons afrennen. We hopen een praatje te kunnen maken maar er komt niet meer dan ‘hello’. De rest van de dag hebben we de man niet meer gezien. Voor het eten wandelen we door het dorp en bezoeken een klein museum met informatie over de verschillende stammen. Lilly heeft lekker eten gemaakt dat uit verschillende gerechten bestaat. En dat alles wordt gemaakt op een houtvuurtje in de keuken. Er komen veel vrouwen met kinderen even binnenwandelen en een hapje mee eten. Na het eten pakt Lilly een paar kleine kopjes en een fles waar water in lijkt te zitten. Het blijkt rijstwijn te zijn. Zodra we ons kopje leeg hebben vult Lilly het weer bij ondanks ons tegenstribbelen. We slapen op een houten plank met een dikke deken boven en onder ons. Het dorpsleven wekt ons als de zon opkomt en na een ontbijt met springrolls (onze loempia’s) vertrekken we richting Sapa. Het is een lange maar mooie wandeling en vlak voordat de mist weer opkwam bereikten we het hotel. We bleven nog een paar dagen in Sapa en huurde een scooter om de omgeving mee te verkennen. Op een avond aten we bij een lokaal restaurantje. Aan het tafeltje naast ons zaten een aantal Chinezen en Vietnamezen die ons uitnodigde bij hen aan te schuiven. Wederom vloeide de rijstwijn. Ondanks dat er weinig Engels gesproken werd waren de mannen duidelijk enthousiast over ons gezelschap. Een grote Chinees liet iemand vertalen dat we altijd welkom waren in zijn huis in China, waarna er weer geproost moest worden. Het is de bedoeling dat de rijstwijn in één keer achterover geslagen wordt. Omdat zij een vrouw is werd ze wat minder aangespoord dan hij en sloeg een aantal keer over. Tegen middernacht had hij wat ondersteuning nodig om het hotel te bereiken...

Na vijf dagen van rondstruinen tussen de bergen wilden we naar een meer op weg naar Hanoi. We besloten de trein te nemen en daarvoor moesten we naar een stadje 40 kilometer verderop. De motor van de bus liep al maar na een half uur krijgen we het vermoeden dat dit vooral is om passagiers het gevoel te geven dat ie zo vertrekt..Tegen het eind van de middag kwamen we in de stad en de volgende ochtend konden we pas met de trein mee. Omdat we een Thais visa in Hanoi aan wilden vragen had hij nog pasfoto’s nodig. We zagen een fotograaf en gingen naar binnen. Een vriendelijk echtpaar gaf ons direct een kop thee. De vrouw maakte de pasfoto’s buiten op straat en met de computer maakte ze even later de achtergrond wit. Tijdens het wachten kregen we weer een drankje aangeboden. We dachten dat het chocomelk was maar het was een zoete bruine bonen drank-maaltijd. En tot onze verrassing smaakte het erg lekker. We moesten ook nog wat gegevens uitprinten en vroegen waar we dit konden doen. De man deed het gratis en voor niets voor ons. Dit was na het toeristische Sapa erg verfrissend, daar is het steeds uitkijken dat je niet belazerd wordt bij aankopen van zelfs gewone levensmiddelen. In een enorme hotelkamer met drie tweepersoonsbedden erin brachten we de nacht door.

De trein was een belevenis op zich. We zagen geen enkele andere toerist en de trein was overbeladen met mensen en spullen. Elke vijf minuten kwam er een verkoper langs met drankjes en eetwaren. Tegenover ons zaten drie jonge Vietnamese meiden die hun Engels een beetje met ons oefenden en hun koekjes met ons deelde. Na zes uur op een keiharde plank zitten waren we blij dat we op de plaatst van bestemming waren. De regen stortte uit de lucht en aan de plassen en modder overal om ons heen trokken we de conclusie dat dit niet alleen van die bui was. Omdat we niet veel zin hadden om met regen op een meer te zitten besloten we door te gaan naar Hanoi. We namen de gewone openbaar vervoerbus dit keer. Als sardientjes in een blik stonden we doodsangsten uit omdat de chauffeur ondanks de regen het gas erop had in het drukke verkeer. Opgelucht stapten we weer zes uur later uit in Hanoi waar we terug gingen naar hetzelfde hotel waar we enthousiast worden begroet. Het valt ons op dat overal in de hotels in Vietnam, zelfs de hele goedkope, op de badkamers shampoo, nieuwe tandenborstels, tandenpasta en zelfs een nieuwe kam ligt. Wanneer je in Vietnam op vakantie gaat kan je je toilettas thuis laten..

Terwijl we op ons visum wachten bezochten we het gevangenis museum. Tijdens de Franse Kolonisatie zaten daar Vietnamese Politieke gevangenen die volgens de informatie vreselijk gemarteld en slecht verzorgd werden. Tijdens de oorlog werd de gevangenis gebruikt voor Amerikaanse piloten die volgens de informatie geweldig goed behandeld werden en de gevangenis het ‘Hanoi Hilton’ noemden. Het hing vol met foto’s van Amerikanen onder een kerstboom, alcohol drinkend en aan het kaarten. Voor hun vertrek kregen ze zelfs een souvenir uit Vietnam mee naar huis. We zijn benieuwd hoe de Amerikanen dit verblijf zelf hebben beleefd...

's Avonds gingen we naar een waterpoppen theater. We hadden geen hoge verwachting maar het was erg leuk. Een groot waterbad met aan drie zijde gordijnen waar de professionele poppenspelers achter verstopt stonden. De poppen haalde rare capriolen in het water uit en op een zij podium maakten muzikanten het geheel af.

Via het hotel boekten we een toer naar Tam Coc wat ook wel het Halong aan land genoemd word. Hier zijn ook enorme kalksteen rotspartijen met daardoor heen een rivier en rijstvelden. Wij zouden na de toer in de dichtstbijzijnde stad achterblijven. Van daaruit wilden we de bus naar Vinh nemen om dan daar de bus terug naar Laos te nemen. Eerst was er een fietstocht door de rijstvelden heen. Hier was de rijst al bijna rijp en dan hebben de velden een frisgroene kleur wat erg mooi is. Na de fietstocht over hobbelige modderige paden gingen we een boottochtje maken. De Vietnamezen roeien hier met de voeten en dat ziet er relaxt uit maar is erg zwaar. Net als op de oceaan genoten we van het prachtige natuurverschijnsel.

We werden met de bus in de stad afgezet en twijfelden of we direct door zouden gaan of daar zouden overnachten. Bij een hotel zagen we dat er ook bustickets geregeld konden worden. De eigenaar sprak slecht Engels maar met behulp van een tolk hoorden we dat de bus naar Vinh 7 uur zou duren. Dat zou betekenen dat we midden in de nacht aan zouden, we besloten te blijven. We gingen op zoek naar het busstation voor informatie maar we konden het niet vinden en niemand verstond ons. Een beetje doelloos liepen we door de stad en zagen ineens een bord met ‘bustickets naar Laos’ in een raam van een hotel. We wisten helemaal niet dat we in deze stad ook zouden kunnen opstappen en gingen snel naar binnen. We zouden de volgende avond met de slaapbus meekunnen. De vriendelijke jongen die ons te woord stond vroeg of we overdag een scootertocht wilden maken. Dit spraken we af en we werden in de ochtend door twee jongens opgehaald. Eerst gingen we naar een berg waar we een heleboel treden opklommen om van het uitzicht te genieten. Het was erg warm wat de beklimming extra zwaar maakte maar het was de moeite waard. Daarna brachten de jongens ons naar het grootste tempelcomplex van Vietnam. Er stonden minsten 10.000 boeddha's in waarvan veel dezelfde goudkleurige plastic beelden waren. De gebouwen zelf waren van hout en dezelfde stijl als de Chinezen gebruiken. Het stond vol met offers voor de beelden. Blikken cola, wodka, sap en pakken koeken. Nergens zagen we monniken en we vroegen ons af waar al deze drank en voedsel naar toegaat. Volgens onze gidsen zetten de mensen het daar neer omdat het geluk brengt en halen ze het later weer op om het zelf op te maken. We zien zelfs een asbak met brandende sigaretten voor een beeld staan. Onze laatste dag in Vietnam vloog zo weer voorbij. Het is een compleet ander land als de andere landen in Zuid Oost Azië en we zijn blij dat we gegaan zijn. De natuur is ondanks de overbevolking prachtig en de hectiek is komisch om te zien. Na drie weken uit de rugzak leven en lange afstanden met bussen afleggen verlangen we ook weer naar ons eigen huisje. De bustocht terug naar Phonsavan is de meest vermoeiende van allemaal. Om negen uur 's avonds stappen we in. Deze bus wordt helemaal volgeladen met zware spullen en stopt om de haverklap om te laden en te lossen. De muziek staat heel hard en op haar verzoek om het zachter te zetten wordt niet gereageerd. Misschien is het de taalbarrière of misschien was de chauffeur bang om in slaap te vallen. We zetten onze Ipod op om naar onze eigen muziek te luisteren maar de Vietnamese muziek komt er bovenuit. De grensovergang gaat dit keer vlot. Om half drie in de middag zien we onze Wobbel staan en zijn we erg blij dat we uit kunnen stappen. Drie weken heeft Wobbel onbewaakt hier gestaan en staat er nog net zo bij als we haar achter hebben gelaten. We reden de stad uit om een rustig plekje te zoeken waar we even bij kunnen slapen. Geheel uitgerust zijn we er nu weer klaar voor om een maandje door Noord Laos te toeren....

 

 

Er zijn een paar nieuwe video's!!

 

 

 

 

Foto’s

5 Reacties

  1. Hans:
    5 mei 2014
    Gaaf!!. Ook mooie foto's.
    Veel plezier in Laos.
  2. Petra:
    6 mei 2014
    En heeeele leuke video's!
    Daar worden wij thuis bij het fornuis nog vrolijk van!
    Heeeel veeeel liefs uit de Koningstraat
  3. Monique:
    6 mei 2014
    Xxxxx van ons viertjes! Ik ga er ook snel weer voor zitten om jullie bij te praten!
    X
  4. Denise:
    6 mei 2014
    Tof verhaal! klinkt echt heel inspirerend allemaal:) ik wil zelf ook graag gaan backpacken in Azië, maar wel zo goedkoop mogelijk. Het ticket is eigenlijk een beetje het probleem.. waar hebben jullie het ticket gekocht en hoeveel hebben jullie ervoor betaald? ik kijk wel vaker op http://www.paperflies.com, maar heb nog geen topdeal in mijn seizoen gevonden helaas. :(
  5. Ad,Liesbeth,Nina en Puck:
    7 mei 2014
    Fijn om weer jullie avonturen te lezen!!! Mooie foto's en video's!

    Liefs